Invoegen vanuit URL
Voert de inhoud van een URL in een veld of een variabele in.
Zie ook
Opties
-
Met Gehele inhoud selecteren wordt de inhoud van een veld of een variabele vervangen. Als u deze optie niet selecteert:
-
Bij een veld wordt alleen het geselecteerde deel van het actieve veld vervangen of worden gegevens bij de invoegpositie ingevoegd. Het invoegpunt bevindt zich standaard aan het eind van de gegevens in het veld.
-
Bij een variabele zonder containergegevens worden gegevens op het einde van de huidige waarde van de variabele ingevoegd. Bij een variabele met containergegevens wordt de inhoud van de variabele vervangen.
-
-
Met dialoogvenster geeft aan of het dialoogvenster Opties voor "Invoegen vanuit URL" moet worden weergegeven wanneer de scriptstap wordt uitgevoerd.
-
Met Doel geeft u het veld of de variabele op waarin u de inhoud van de URL wilt invoegen. Als de variabele niet bestaat, maakt deze scriptstap die (raadpleeg Variabelen gebruiken).
-
Met URL opgeven kunt u de URL typen of uw URL op basis van een berekening maken.
-
URL automatisch coderen vervangt speciale tekens door de overeenkomstige gecodeerde waarden voor URL's. Een spatie wordt bijvoorbeeld vervangen door
%20
. Wanneer deze optie is uitgeschakeld, blijft de URL zoals deze is ingevoerd. cURL-opties worden niet gecodeerd. -
SSL-certificaten verifiëren verifieert het SSL-certificaat van de opgegeven server in de URL. Als het certificaat niet kan worden geverifieerd, kunnen gebruikers ervoor kiezen om toch verbinding te maken of om te annuleren zodat deze scriptstap wordt overgeslagen. Als het certificaat niet kan worden geverifieerd en de Foutafvanging instellen scriptstap is ingesteld op Aan, werkt ‘Invoegen vanuit URL’ alsof de server niet beschikbaar is.
-
Met Opties voor cURL opgeven kunt u een of meer ondersteunde cURL-opties als een berekening invoeren. Raadpleeg Ondersteunde opties voor cURL.
Compatibiliteit
Product | Ondersteund |
FileMaker Pro | Ja |
FileMaker Go | Ja |
FileMaker WebDirect | Ja |
FileMaker Server | Ja |
FileMaker Cloud | Ja |
FileMaker Data API | Ja |
Custom Web Publishing | Ja |
Afkomstig uit versie
12.0
Beschrijving
Deze scriptstap downloadt de bron die is opgegeven door de URL naar een variabele of een veld. De volgende protocollen worden ondersteund:
-
http, https
-
ftp, ftps, sftp
-
file
-
smb
-
smtp, smtps
-
ldap, ldaps
Zie Opmerkingen voor uitzonderingen. Andere protocollen worden niet ondersteund en genereren een foutmelding.
U moet een doelvariabele opgegeven, een doelveld in de huidige lay-out opgeven, in een veld klikken of de Ga naar veld scriptstap gebruiken voordat u deze scriptstap uitvoert. Als Doel niet is opgegeven, worden de gegevens in het actieve veld geplaatst. Anders geeft deze scriptstap als resultaat een foutcode die met de Get (LaatsteFout) functie kan worden vastgelegd.
Raadpleeg Gegevens gebruiken in containervelden voor een lijst met ondersteunde bestandsindelingen van afbeeldingen en audio/video in containervelden.
Belangrijk Voor betere prestaties in FileMaker WebDirect zorgt u ervoor dat Gehele inhoud selecteren is geselecteerd wanneer het doel een veld is.
Opmerkingen
-
Als cloud-gebaseerd integratieplatform biedt Claris Connect een eenvoudigere manier om uw FileMaker-app op maat te verbinden met webapps en -services. Raadpleeg Claris Connect.
-
‘Invoegen vanuit URL’ ondersteunt alleen UTF-8 in URL opgeven. Bij Opties voor cURL opgeven kunt u echter de tekencodering van parameters bepalen in de cURL-opties. Raadpleeg Ondersteunde opties voor cURL.
-
Wanneer Doel een variabele is, worden de gegevens normaal opgeslagen als tekst. Om deze als containergegevens op te slaan, geeft u de cURL-optie op die is beschreven in Ondersteunde opties voor cURL.
-
Om te bepalen hoelang deze scriptstap wacht op een reactie van de server, geeft u een waarde voor de cURL-optie
--max-time
op. -
In FileMaker WebDirect:
-
Als de optie Met dialoogvenster is ingesteld op Aan, wordt deze scriptstap uitgevoerd alsof URL automatisch coderen is ingeschakeld.
-
Als Gehele inhoud selecteren is uitgeschakeld en 'Invoegen vanuit URL' inhoud in een tekstveld invoegt, wordt de inhoud van de URL aan het tekstveld toegevoegd. Meerdere ophaalopdrachten kunnen leiden tot onvoorspelbare resultaten en tragere prestaties.
-
-
Het bestandsprotocol:
-
wordt niet in FileMaker WebDirect, de FileMaker Data API en Custom Web Publishing ondersteund.
-
kan in scripts op servers alleen worden gebruikt om naar bestanden in de map Documenten of de tijdelijke map te verwijzen (raadpleeg Paden in scripts op servers).
-
-
Paden die als resultaat worden gegeven door Get-functies zoals Get (Documentpad) en Get (TijdelijkPad) hebben een FileMaker-indeling en moeten worden geconverteerd naar een standaard URL-indeling, voordat u deze kunt gebruiken met het bestandsprotocol in URL opgeven. (Raadpleeg ConvertFromFileMakerPath functie.) Een eenvoudigere manier om toegang te krijgen tot lokale bestanden is door de Van gegevensbestand lezen scriptstap te gebruiken. Deze scriptstap gebruikt deze paden zonder conversie.
-
FileMaker Go biedt geen ondersteuning voor ldap- en ldaps-protocollen.
-
Als de respons van de server geen inhoud bevat, kan Get (LaatsteFout) 10 ("Gevraagde gegevens ontbreken") retourneren nadat deze scriptstap is uitgevoerd. Deze retourwaarde hoeft niet te betekenen dat er een fout is opgetreden als de verwachte respons is dat er geen inhoud wordt ontvangen.
Voorbeeld 1
In dit voorbeeld wordt toegang verkregen tot een website en wordt een PDF ingevoegd in het containerveld Verkooprapport.
Invoegen vanuit URL [ Met dialoogvenster: Uit ; doel: Klanten::Verkooprapport ; "https://voorbeeld.com/verkooprapport.pdf" ]
Voorbeeld 2
Met dit voorbeeldscript wordt een plattegrond waarop het adres van de klant wordt aangegeven in het containerveld Plattegrond/adres ingevoegd.
Invoegen vanuit URL [ Met dialoogvenster: Uit ; doel: Klanten::Plattegrond/adres; "http://maps.google.com/maps/api/staticmap?center=" & Klanten::Adres & "&zoom=14&markers=" & Klanten::Adres & "&size=256x256&sensor=false&key=API_KEY" ]
Voorbeeld 3
Dit voorbeeldscript voegt de HTML-code voor https://www.apple.com in.
Invoegen vanuit URL [ Met dialoogvenster: Uit ; doel: Klanten::HTML-websitecode ; "https://www.apple.com" ]
Voorbeeld 4
Dit voorbeeldscript gebruikt de cURL-opties --user
en --upload-file
om een bestand vanuit een containerveld te uploaden naar een server met de gebruikersgegevens mijngebruikersnaam
en mijnwachtwoord
en slaat de resultaten van de server op in de variabele $$results
. Voor HTTP of HTTPS is de bestandsnaam op de server dezelfde als deze in het containerveld.
Variabele instellen [ $file ; Waarde: tabel::container ]
Invoegen vanuit URL [ Met dialoogvenster: Uit; Doel: $$results ;
"https://voorbeeld.com/uploads" ; SSL-certificaten verifiëren ;
cURL-opties: "--user mijngebruikersnaam:mijnwachtwoord --upload-file $file
--header \"Content-type: image/png\"" ]
Voorbeeld 5
Verzendt e-mails via een SMTP-server met een beveiligde verbinding. Gebruikt de cURL-optie --mail-from
voor het adres van de afzender, --mail-rcpt
voor het adres van de ontvanger, --upload-file
voor het bestand met daarin het bericht en --user
voor de gegevens voor aanmelding bij de SMTP-server.
Variabele instellen [ $mail ; Waarde: TextEncode ( Tabel::Mail ; "utf-8" ; 3 ) ]
Invoegen vanuit URL [ Selecteren ; Met dialoogvenster: Uit ; doel: $result ;
"smtps://smtp.voorbeeld.com:465" ; SSL-certificaten verifiëren ; cURL-opties:
"--mail-from afzender@voorbeeld.com
--mail-rcpt ontvanger@voorbeeld.com
--upload-file $mail
--user account:wachtwoord" ]
Het tekstveld Tabel::Mail bevat de volgende berichtinhoud, inclusief het hoofdgedeelte van de e-mail in HTML-indeling:
Van: Naam afzender <afzender@voorbeeld.com>
Naar: Naam ontvanger <ontvanger@voorbeeld.com>
Onderwerp: Onderwerpregel
Content-type: text/html; charset="utf8"
<html><body>Hoofdgedeelte van e-mail</body></html>