Systeeminstellingen gebruiken
Stelt de instellingen in op basis van de bewaarde instellingen van het bestand of volgens de huidige systeeminstellingen.
Opties
- Met Aan geeft u aan dat FileMaker Pro de huidige systeeminstellingen moet gebruiken.
- Met Uit geeft u aan dat FileMaker Pro de instellingen moet gebruiken die samen met het bestand zijn opgeslagen.
Compatibiliteit
Product | Ondersteund |
FileMaker Pro | Ja |
FileMaker Go | Ja |
FileMaker WebDirect | Nee |
FileMaker Server | Nee |
FileMaker Cloud | Nee |
FileMaker Data API | Nee |
Custom Web Publishing | Nee |
Afkomstig uit versie
6.0 of lager
Beschrijving
In elk FileMaker Pro-databasebestand worden de datum-, tijd- en cijferinstellingen van de computer opgeslagen waarop de database is gemaakt. Deze landinstellingen kunnen afwijken van de huidige systeeminstellingen van de computer.
Wanneer u de huidige systeeminstellingen gebruikt, worden de instellingen die samen met het bestand zijn opgeslagen niet gewijzigd: u voert gewoon gegevens in en bekijkt deze in een voor u bekende opmaak. Als een database bijvoorbeeld in Nederland is gemaakt, waar de datumopmaak gewoonlijk dag-maand-jaar is, en u het bestand opent in de Verenigde Staten, waar de opmaak gewoonlijk maand-dag-jaar wordt gebruikt, ziet u een bericht van FileMaker Pro dat de systeeminstellingen afwijken.
U kunt met een opstartscript dat de scriptstap Te gebruiken systeeminstellingen instellen bevat, bepalen op welke manier FileMaker Pro moet omgaan met de datum-, tijd- en cijferopmaken voor een bestand waarvan de systeeminstellingen afwijken van de huidige systeeminstellingen.
Voorbeeld 1
Dit voorbeeldscript controleert de taal van het systeem voordat de systeeminstellingen worden gebruikt. Gestart door de BijEersteVensterOpenen scriptactivering.
If [Get (SysteemTaal) = "Japans"]
Systeeminstellingen gebruiken [Aan]
End If