Accounts maken die via een externe server worden geverifieerdAls uw FileMaker Pro-bestanden door FileMaker Server worden gehost en uw organisatie gebruikmaakt van centraal beheerde verificatie voor gebruikers en groepen, zoals Apple Open Directory of een Windows-domein, kunt u accounts configureren die gebruikers verifiëren op basis van uw verificatieserver. Zo kunt u uw bestaande verificatieserver gebruiken om toegang tot databases te regelen zonder dat u in elk FileMaker Pro-databasebestand een onafhankelijke lijst met accounts hoeft te beheren.
1. Als de gedetailleerde beveiligingsinstellingen in het dialoogvenster 'Beveiliging beheren' worden weergegeven, klikt u op Basisinstelling gebruiken.
2. Klik op Nieuwe account.
3.
4. Voer bij Groepsnaam de naam van een groep in die is gedefinieerd op een externe verificatieserver.
5. Voer bij Privilegeset één van de volgende handelingen uit:
• Kies Nieuwe privilegeset en maak vervolgens een nieuwe.
• Kies een privilegeset, klik op Bewerken en wijzig daarna de privilegeset.De privilegeset die is toegewezen aan de account, bepaalt welke bewerkingen de extern geverifieerde groepsleden in het bestand kunnen uitvoeren. Raadpleeg Privilegesets maken en bewerken.
7. Klik op OK wanneer u klaar bent.Of raadpleeg Accounts beheren, Privilegesets beheren of Uitgebreide privileges beheren om te blijven werken met accounts en privileges.Wanneer een gebruiker een bestand opent, wordt in FileMaker Pro het bestand geopend met de eerste overeenkomende account in de verificatievolgorde. Alle daaropvolgende overeenkomende accounts worden genegeerd. Bijgevolg is het belangrijk dat u de verificatievolgorde voor accounts instelt wanneer een van de bovenstaande situaties (of beide) optreedt. Anders wordt mogelijk een verkeerde account gebruikt voor toegang tot het bestand. Zie Accounts weergeven en opnieuw ordenen voor meer informatie over wijzigingen in de verificatievolgorde.