Overdracht van bestanden

Raadpleeg Help voor informatie over de overdracht van bestanden van en naar een apparaat.

Opmerkingen

  • Maak een back-up van uw bestanden voordat u ze overzet.

  • Alvorens u een bestaand bestand op een apparaat vervangt, zorgt u ervoor dat het bestand is gesloten of verwijderd. Anders gebeurt de bestandsoverdracht mogelijk niet naar behoren en raakt het bestand mogelijk beschadigd.

Een bestand met containervelden waarin gegevens extern worden opgeslagen, overbrengen

Als u een bestand wilt overbrengen dat containervelden bevat met daarin gegevens die extern worden opgeslagen, dient u eerst de gegevens van het containerveld in te sluiten. Gebruik in FileMaker Pro de opdracht Kopie opslaan als en kies Zelfstandige kopie (één bestand). Zet vervolgens de kopie over en niet het originele bestand.

Vanuit en naar een overgebracht bestand importeren

U kunt de scriptstap 'Records importeren' gebruiken om gegevens uit een lokaal FileMaker Pro-bestand op een iOS- of iPadOS-apparaat samen te voegen met die uit een ander FileMaker Pro-bestand.

Stel de veldtoewijzing en importeervolgorde in voordat u gegevens importeert. U kunt:

  • importeren vanaf een externe bron in een lokaal of extern bestand

  • importeren vanaf een lokale bron in een lokaal of extern bestand

Voorbeeld 1: importeren vanaf een externe bron (Extern.fmp12) in een lokaal bestand (Lokaal.fmp12)

In dit voorbeeld staat het bestand Lokaal.fmp12 op een iOS of iPadOS-apparaat en heeft het een script nodig dat gegevens uit een externe bron (Extern.fmp12) importeert. U gebruikt FileMaker Pro om het script te maken in het lokale bestand. Daarna zet u het bestand over naar FileMaker Go. U kunt het script vervolgens uitvoeren in FileMaker Go om de gegevens te importeren uit het externe bestand.

  1. Open Lokaal.fmp12 en Extern.fmp12 in FileMaker Pro.

  2. Maak een script in Lokaal.fmp12. Bijvoorbeeld:

    Records importeren [ Met dialoogvenster: Uit ; Tabel: Lokaal ; "Extern.fmp12" ; Bijwerken ; Mac Romeins ]

    en configureer een pad naar het externe bronbestand met het IP-adres van uw computer. Bijvoorbeeld:

    fmnet:/192.168.10.10/Extern.fmp12

  3. Geef de importeervolgorde op.

  4. Sluit Lokaal.fmp12.

  5. Breng het bestand Lokaal.fmp12 over naar FileMaker Go.

  6. Open Lokaal.fmp12 in FileMaker Go en voer het script uit.

Het lokale bestand wordt bijgewerkt met gegevens uit het externe bestand.

Voorbeeld 2: importeren vanaf een lokale bron (Lokaal.fmp12) in een extern bestand (Extern.fmp12)

In dit voorbeeld moet voor het externe bestand (Extern.fmp12) een script worden uitgevoerd waarmee gegevens worden geïmporteerd vanaf een lokaal bestand (Lokaal.fmp12). U moet FileMaker Pro gebruiken om het script in het externe bestand te maken. Daarna gebruikt u FileMaker Go om het gehoste externe bestand op uw iOS- of iPadOS-apparaat te openen en voert u het script uit om de gegevens uit het lokale bestand te importeren.

  1. Breng het bestand Lokaal.fmp12 over naar FileMaker Go.

  2. Open het bestand Extern.fmp12 in FileMaker Pro.

  3. Gebruik de Scriptwerkruimte om een script in Extern.fmp12 te maken. Bijvoorbeeld:

    Variabele instellen [ $Bestandspad; Waarde:Get(Documentpad) & "Lokaal.fmp12" ]

    Records importeren [ Met dialoogvenster: Uit ; Tabel: Lokaal ; "$Bestandspad" ; Toevoegen ; Mac Romeins ]

    waarbij het pad naar het bronbestand op het apparaat gelijk is aan file:$Bestandspad

  4. Selecteer Importeervolgorde opgeven.

    Als de bronvelden niet worden weergegeven in het dialoogvenster 'Importeervolgorde opgeven', selecteert u in de Scriptwerkruimte Gegevensbron opgeven voor de scriptstap 'Records importeren'. In het dialoogvenster Bestand opgeven selecteert u bij Bestandstype de optie FileMaker Pro-bestanden. Voeg vervolgens nog een pad naar Lokaal.fmp12 toe aan de lijst met paden. Bijvoorbeeld:

    file:$Bestandspad

    file:Lokaal.fmp12

  5. Open in FileMaker Go het gehoste bestand Extern.fmp12.

  6. Voer het script uit Extern.fmp12 uit in FileMaker Go.

Het externe bestand wordt bijgewerkt met gegevens uit het lokale bestand.