FileMaker Pro Advanced biedt voor elke lay-out drie verschillende weergaven: formulier, lijst en tabel. Wanneer u van weergave wijzigt, worden records anders weergegeven of afgedrukt.
1. Kies in de lay-outmodus in het venstermenu voor lay-outs de gewenste lay-out.
2. Klik op Lay-outinstelling in de lay-outbalk.
3. Klik op de tab Weergaven en selecteer een of meer weergaven in het dialoogvenster Lay-outinstelling.
Als u dit selecteert | Deze opdracht in het menu Weergave is ingeschakeld in de blader- en zoekmodus |
Formulierweergave | Formulierweergave |
Lijstweergave | Lijstweergave |
Tabelweergave | Tabelweergave |
4. Klik op Eigenschappen, specificeer opties voor de Tabelweergave en klik vervolgens op OK.
Om dit te doen | Gaat u als volgt te werk |
Rasterindelingen voor de tabel opgeven | Selecteer Horizontaal, Verticaal (of beide), kies een kleur voor het raster en een stijl voor de rasterlijnen. |
Opgeven welke lay-outgedeelten u wilt weergeven | Selecteer de weer te geven gedeelten: bovenste navigatiegedeelte, kopgedeelte, voetgedeelte en onderste navigatiegedeelte. Deze instellingen gelden alleen in de tabelweergave en hebben alleen zin als u de gedeelten voor de lay-out hebt gedefinieerd. |
Weergave en gedrag van kolomkoppen opgeven | Schakel Kolomkoppen opnemen in (hierdoor worden de veldnamen weergegeven). Schakel Kolommen die vergroot of verkleind kunnen worden in als u wilt dat gebruikers de kolombreedte in de blader- en zoekmodus kunnen aanpassen door kolombegrenzingen te slepen. Schakel Kolommen die opnieuw geordend kunnen worden in als u wilt dat gebruikers een of meer kolommen in de blader- en zoekmodus opnieuw kunnen ordenen door ze te slepen. |
Een eigen rijhoogte opgeven (alle rijen hebben dezelfde hoogte) | Schakel Eigen hoogte in, kies een maateenheid en typ een waarde. Als deze optie is uitgeschakeld, wordt de rijhoogte aangepast aan de grootste lettergrootte die voor een veld in de lay-out is gedefinieerd. |
5. Kies als Standaardweergave de weergave die altijd moet worden weergegeven wanneer u de lay-out voor het eerst opent.
•Als Kolomkoppen opnemen is ingeschakeld, kunnen gebruikers in de modus Bladeren met de rechtermuisknop op de kolomkop klikken en de gewenste opdracht kiezen om velden te definiëren, velden te tonen of te verbergen, een dynamisch rapport te maken of de Tabelweergave opnieuw in te stellen. Raadpleeg Werken met gegevens in de tabelweergave.
•Als Kolomkoppen opnemen is ingeschakeld, kunnen gebruikers de kolommen vergroten/verkleinen door met de rechtermuisknop te klikken op de kolomkop en Tabelweergave > Kolombreedte instellen te kiezen. Deze opdracht in het venstermenu is beschikbaar zelfs als Kolommen die vergroot of verkleind kunnen worden in het dialoogvenster Eigenschappen tabelweergave is uitgeschakeld.
•FileMaker Pro Advanced gebruikt de tabvolgorde om de standaardvolgorde van kolommen in de Tabelweergave te bepalen. U kunt de volgorde van de kolommen wijzigen als het selectievakje Kolommen die opnieuw geordend kunnen worden in het dialoogvenster Eigenschappen tabelweergave is ingeschakeld. Zie Records in een formulier, lijst of tabel weergeven voor meer informatie over het wijzigen van de volgorde van kolommen.
•Bij nieuwe lay-outs wordt standaard de huidige (of actieve) record in de Lijstweergave weergegeven met een andere opvulling dan de andere records. Als u de huidige record met een volle verticale balk aan de linkerkant van de record wilt aangeven, kiest u Lay-outs > Lay-outinstelling. Selecteer Aanduiding van huidige record tonen in lijstweergave op het tabblad Algemeen in het dialoogvenster Lay-outinstelling. Raadpleeg Een lay-outgedeelte wijzigen om de huidige record zonder een andere opvulling weer te geven.