Gebruik een | Om dit te doen |
Kolom- of staafdiagram | Twee of meer numerieke waarden vergelijken die op verschillende datums of onder verschillende omstandigheden zijn verzameld. Geschikt voor het vergelijken van stijgingen en dalingen of hoogst met laagst, hoe veel en hoe vaak. Een kolom- of staafgrafiek op basis van één reeks is geschikt voor het vergelijken van waarden in een gegevenscategorie, zoals de maandelijkse verkoop van één product. Een kolom- of staafgrafiek op basis van meerdere reeksen is geschikt voor het vergelijken van categorieën gegevens, zoals de maandelijkse verkoop van meerdere producten. Gebruik een lijngrafiek als u meer dan 15 gegevenspunten wilt vergelijken. |
Gestapelde kolomgrafiek of gestapelde staafgrafiek | Onderdelen vergelijken ten opzichte van het geheel. Elke kolom of staaf in de grafiek vergelijkt meerdere gegevenspunten in een categorie. Gebruik een gestapelde staafgrafiek om de jaarlijkse verkoopcijfers voor producten te vergelijken. Elk segment van elke staaf vergelijkt de verkoop van een specifiek product, en elke staaf geeft de totale verkoop van het product per jaar weer, en de volledige grafiek vergelijkt de totale verkoop van alle jaren. Als u één gegevensreeks op een grafiek wilt uitzetten, zoals de verkoop van één regio, gebruikt u een cirkeldiagram. |
Positieve/negatieve kolomgrafiek | Positieve en negatieve waarden vergelijken. Positieve waarden verschijnen boven een centraal punt (standaard het getal nul) en negatieve waarden verschijnen onder dat centrale punt. U kunt een eigen centraal punt instellen. Gebruik een positief/negatief-grafiek om winsten met verliezen te vergelijken of om de productiviteit in een bepaalde periode te volgen. |
Cirkelgrafiek | De relatie laten zien tussen elke gegevensreekswaarde en het totaal van alle gegevens in de reeks in de grafiek. Ideaal voor het weergeven van bepaalde delen van één gegevensreeks. U kunt voor elk gegevenspunt (segment van de cirkel) een procentuele waarde weergeven. Cirkelgrafieken zijn het meest efficiënt wanneer enkele van de segmenten 25% tot 50% van het geheel vertegenwoordigen. Aangezien het lastig is afzonderlijke gedeelten binnen een cirkelgrafiek te vergelijken of om gegevens tussen cirkelgrafieken te vergelijken, worden cirkelgrafieken meestal gebruikt wanneer er alleen een algemene vergelijking nodig is. |
Lijngrafiek | Gegevens weergeven die na verloop van tijd veranderen (trends), zoals historische financiële gegevens. In lijngrafieken wordt een doorlopende reeks van gegevenspunten met een lijn verbonden. Elk gegevenspunt vertegenwoordigt een afzonderlijke gemeten waarde. Lijngrafieken zijn handig om stijgingen en dalingen in gegevens gedurende een periode te laten zien. Gebruik een lijngrafiek om de maandelijkse omzettotalen van vier regio's gedurende een jaar met elkaar te vergelijken. Als u dezelfde gegevens uitzet als een staafgrafiek kunt u eenvoudig totalen per regio vergelijken. Wanneer u op- of neerwaartse trends of cycli voor alle regio's wilt weergeven, gebruikt u een lijngrafiek. |
Vlakgrafiek | Trendgegevens weergeven die geleidelijk aan veranderen, en daarbij de hoogste en laagste waarden en de beweging tussen gegevenspunten in kaart brengen. In grafieken die meerdere gegevensreeksen bevatten, wordt het kwantitatieve verschil tussen elke gegevensreeks benadrukt door de verschillende kleuren in de grafiek. |
Spreidingsgrafiek | X- en Y-coördinaten uitzetten als individuele waarden om correlatiepatronen te onthullen. Als de trend van gegevenswaarden van links naar rechts oploopt, wordt de trend beschouwd als een positieve trend. Indien de trend van links naar rechts afloopt, wordt de trend als een negatieve trend beschouwd. Als gegevenspunten geen duidelijke toe- of afname aantonen, worden de gegevens als niet-gecorreleerd beschouwd. Een spreidingsgrafiek kan grote aantallen gegevenspunten vergelijken zonder rekening te houden met de tijd. Gebruik een spreidingsgrafiek als u het aantal verkochte drankjes in een restaurant wilt vergelijken met de temperatuurwisselingen tijdens de dag. |
Bellengrafiek | Zet x- en y-coördinaten uit als individuele waarden t.o.v. een derde kenmerk (de straal van elke bel). Bellengrafieken vergelijken individuele gegevenspunten vergelijken volgens grootte (omvang). Gebruik een bellengrafiek om het marktaandeel van producten in kaart te brengen door voor elk gegevenspunt het aantal verkochte producten te vergelijken, alsook de omzet per product en het percentage van de totale verkoop. |