Om dit te doen | Gaat u als volgt te werk |
Een object in de lay-out weergeven of verbergen | Klik op naast een object. |
Alle objecten in de lay-out weergeven | Klik op naast het zoekvak.. |
Alle objecten van hetzelfde type in de lijst weergeven | Klik op en kies vervolgens een type object. Kies Alles om alle typen objecten weer te geven. |
Eén of meer objecten in de lay-out weergeven | Selecteer de objecten die u wilt weergeven en kies vervolgens Alle andere objecten verbergen in het venstermenu. |
Overlappende objecten voor de geselecteerde objecten verbergen | Selecteer een of meer objecten en kies Objecten op voorzijde verbergen uit het venstermenu. |
Overlappende objecten voor of achter de geselecteerde objecten verbergen | Selecteer een of meer objecten en kies Objecten op voor- en achterzijde verbergen uit het venstermenu. |
Stapelvolgorde wijzigen | Sleep een object in de lijst naar een nieuwe positie in de stapelvolgorde. |
Naam van een object of een gegroepeerd object opgeven | Selecteer een object in de lijst en kies dan Objectnaam opgeven uit het venstermenu. (Of selecteer het object en klik vervolgens opnieuw op het object.) Typ een naam. |
Werken met een object in een groep zonder de groepering op te heffen | Klik op het driehoekje naast de groepsnaam om de groep uit te vouwen en selecteer vervolgens het object. |
Scriptactiveringen voor een object instellen | Selecteer een object in de lijst en kies vervolgens Scriptactiveringen instellen uit het venstermenu. |
Voorwaardelijke opmaak voor een object instellen | Selecteer een object in de lijst en kies vervolgens Voorwaardelijke opmaak uit het venstermenu. |
Voor dit type object | Ziet u in de lijst |
Alle bestaande tekst tussen aanhalingstekens, zoals “NieuweKnop”. Een berekening voor een object als Berekening. Als er geen tekst of berekening is, het type object, bijvoorbeeld Knop. | |
Veld | De besturingselementstijl gevolgd door de veldnaam, bijvoorbeeld Invoervak (Achternaam). Een gerelateerd veld als de besturingselementstijl gevolgd door de naam van het gerelateerde veld, bijvoorbeeld Invoervak (::Land). |
Portaal | Portaal gevolgd door de naam van de gerelateerde tabel, bijvoorbeeld Portaal (Klanten). |