SQL-instructies uitvoeren om via ODBC interactief met gegevensbronnen te werken
U kunt via
ODBC niet alleen gegevens in een FileMaker Pro-databasebestand importeren. U kunt ook interactief werken met
gegevensbronnen (zoals Microsoft SQL Server en Oracle) door
SQL-instructies in de
SQL uitvoeren scriptstap te gebruiken. U kunt elke SQL-instructie gebruiken die wordt ondersteund door de gegevensbron, zoals INSERT-, UPDATE- en DELETE-instructies.
Bovendien kunt u SQL-instructies gebruiken die complexer zijn dan gewoon maar gegevens in een FileMaker Pro-databasebestand importeren. Zo kunt u bijvoorbeeld SQL-instructies uitvoeren waarmee u records toevoegt aan een databasetabel in SQL Server, op basis van informatie in een FileMaker Pro-databasebestand.
Zo voert u via ODBC SQL-instructies uit voor een gegevensbron:
1. Kies Scripts > Scriptwerkruimte.
2. Klik op
![De knop Nieuw script](../FMP_Help/images/icon_sw_new.png)
.
3. Voeg de scriptstap 'SQL uitvoeren' toe aan het script.
'SQL uitvoeren' bevindt zich in de categorie Diversen in het scriptstappenvenster.
4. Klik in het scriptbewerkingsvenster achtereenvolgens op
![Knop van actiemenu](../FMP_Help/images/icon_script_gear.png)
en op
Opgeven.
5. Klik bij ODBC-gegevensbron op Opgeven.
6. Selecteer uw gegevensbron en klik op Doorgaan.
U wordt mogelijk een gebruikersnaam en wachtwoord gevraagd.
7. Kies bij SQL-instructie opgeven met de optie Berekende SQL-tekst of SQL-tekst en voer vervolgens uw SQL-instructie in.
Raadpleeg de documentatie van uw gegevensbron voor een overzicht van de SQL-instructies die worden ondersteund en hun opbouwstructuur.
Verwante onderwerpen