Relaties maken en wijzigen
1. Kies Bestand > Beheren > Database en klik vervolgens op het tabblad Relaties.
Het maakt niet uit waar de tabellen in de grafiek staan, maar ze moeten wel in de relatiegrafiek aanwezig zijn als u de relatie wilt maken. Als u een
interne relatie wilt maken, hoeft u slechts één tabel te zoeken. FileMaker Pro zorgt er automatisch voor dat de tweede
tabelvermelding wordt gegenereerd.
Klik op
om een tabel aan de relatiegrafiek toe te voegen. Raadpleeg
Tabelvermeldingen toevoegen en selecteren.
Als u een tabel in de relatiegrafiek wilt dupliceren, selecteert u de tabel en klikt u op
. Als u een gedupliceerde tabel wilt hernoemen, klikt u op
en typt u de nieuwe naam.
Opmerking U kunt de tabellen in een relatie niet wijzigen. U moet een nieuwe relatie maken.
3. Sleep van een
vergelijkingsveld in een van de tabellen naar het overeenkomstige vergelijkingsveld in de andere tabel.
U kunt ook klikken op
en de relatie opgeven.
Opmerking Voor interne relaties sleept u een vergelijkingsveld in de huidige tabel tot buiten de tabel en vervolgens naar het tweede vergelijkingsveld in de huidige tabel. Geef de nieuwe vermelding van de tabel een andere naam of klik op OK om de standaardnaam te gebruiken.
4. Herhaal stap 3 voor elk vergelijkingsveld in deze relatie.
5. Als u de instellingen van een relatie wilt wijzigen, dubbelklikt u op de lijn van de indicator tussen de
gerelateerde tabellen. Vervolgens:
Om dit te doen | Gaat u als volgt te werk |
Een vergelijkingsveld wijzigen of toevoegen | Selecteer een nieuw vergelijkingsveld en klik op Wijzigen of Toevoegen. |
| Selecteer een nieuwe relationele operator in de lijst en klik op Wijzigen. |
Twee aan elkaar gekoppelde samenvoegcriteria dupliceren of verwijderen | Selecteer de aan elkaar gekoppelde criteria midden in het dialoogvenster en klik op Dupliceren of Verwijderen. |
| Selecteer Maken van records in deze tabel toegestaan via deze relatie. Als u deze optie inschakelt, wordt op basis van het vergelijkingsveld in de huidige tabel een gerelateerde record gemaakt wanneer u gegevens typt in een gerelateerd veld dat geen corresponderende gerelateerde record heeft. |
Gerelateerde records (uit de gerelateerde tabel) verwijderen telkens wanneer u een overeenkomende record in de huidige tabel verwijdert | Selecteer Gerelat. records in deze tabel verwijderen bij verwijderen van rec. in andere tabel. Met deze optie verwijdert u gerelateerde records zelf als u door een lay-out bladert waarin de gerelateerde records niet worden weergegeven. Opmerking Wanneer deze optie is ingeschakeld voor meerzijdige relaties in dezelfde database en u in de ene tabel een record verwijdert, is het mogelijk dat ook de gerelateerde records in de andere gerelateerde tabellen worden verwijderd als hiervoor deze optie is ingeschakeld. Dit wordt ook trapsgewijs verwijderen genoemd. Denk daarom goed na over het gebruik van deze optie voordat u deze inschakelt. |
Gerelateerde records sorteren | Selecteer Records sorteren. In het dialoogvenster Records sorteren klikt u vervolgens in de lijst links op de velden die u wilt sorteren. U kunt de volgorde wijzigen waarin de velden worden gesorteerd door de velden in de rechterlijst naar de gewenste positie te slepen. Selecteer desgewenst andere opties en klik op OK. Als u de sorteervolgorde wilt wijzigen, klikt u in het dialoogvenster Relatie bewerken op Opgeven. Als u deze optie selecteert, verandert de sorteervolgorde in de gerelateerde tabel niet. |
Opmerkingen
•Kies
Records sorteren als u de eerste gevonden record in een bepaalde sorteervolgorde (bijvoorbeeld oplopend of aflopend) wilt weergeven wanneer u één gerelateerd veld direct in een lay-out van de huidige tabel hebt geplaatst. (U kunt bijvoorbeeld de datum van het meest recente onderhoud van een apparaat weergeven.) Door gerelateerde records te sorteren kunt u ook meerdere records in een specifieke sorteervolgorde openen en ze in een
portaal weergeven. Raadpleeg
Werken met gerelateerde gegevens in portalen.
•U kunt het aantal mogelijke overeenkomende waarden verhogen door in het vergelijkingsveld meerdere waarden in te voeren, gescheiden door teruglooptekens. U kunt gerelateerde gegevens opvragen door ze te vergelijken met elke afzonderlijke regel in uw vergelijkingsveld, afhankelijk van de criteria die u in uw relatie hebt opgegeven. Dit type vergelijkingsveld wordt ook wel een
meervoudig sleutelveld of
complex sleutelveld genoemd.
Stel dat u een eenvoudige relatie hebt gemaakt waardoor de records in Tabel A en Tabel B worden samengevoegd op basis van de inhoud van één veld in elke tabel en dat het vergelijkingsveld in Tabel A de volgende waarden bevat, gescheiden door Returns:
rood
groen
blauw
In FileMaker Pro wordt dan elke record in Tabel B opgevraagd die in het overeenkomstige vergelijkingsveld de enkelvoudige waarde rood, groen of blauw bevat. In FileMaker Pro worden de records die in het vergelijkingsveld de waarde rood groen blauw bevatten, echter niet opgevraagd. Met het regelterugloopteken geeft u in FileMaker Pro aan dat elke regel als een afzonderlijke waarde moet worden beschouwd.
Verwante onderwerpen