Records exporteren

U kunt records exporteren in populaire bestandsextensies voor gebruik in een andere toepassing.

Opmerking: u moet de scriptstap Records exporteren gebruiken om velden te selecteren die zich niet in de huidige lay-out bevinden en om de tekenset van het uitvoerbestand te configureren.

1. Zoek de te exporteren records. Zie Zoeken.
2. Geef de te gebruiken lay-out weer.
3. Tik op en tik daarna op Exporteren .
4. (optioneel) Verander de bestandsnaam.
5. Kies een bestandsopmaak die wordt ondersteund door de toepassing waarin u de geëxporteerde gegevens wilt gebruiken.
6. Selecteer de velden die u wilt exporteren. Tik daarna op Gereed. U kunt geen containervelden selecteren.
7. (optioneel) Schakel Lay-outopmaak gebruiken in om getal-, datum- en tijdgegevens op te maken met de veldopmaak die in de huidige lay-out is opgegeven.

   Deze optie is niet beschikbaar als u naar de bestandsstructuur DBF exporteert.

8. Tik op Doorgaan.
9. Kies de bestemming van het bestand:
   • AirDrop: tik op een ontvanger. Gebruik deze optie om het bestand naar een apparaat in de buurt te versturen dat AirDrop ondersteunt.
   • Mail, Berichten of een andere voorziening: tik op een optie of tik op Meer om een andere voorzieningen aan de lijst toe te voegen.
   • iCloud Drive of een externe bestandsprovider: tik op Verzenden naar om het bestand naar iCloud Drive of een externe bestandsprovider te verzenden. Als u gewenste locatie een map is, tikt u op de map. Tik op ‘Exporteer naar deze locatie’. Als u een andere locatie wilt kiezen, tikt u achtereenvolgens op Locaties en een externe bestandsprovider.

     Als u het bestand in een andere app of in een andere versie van FileMaker Go wilt openen, tikt u op Openen in en tikt u vervolgens op een optie.

10. Volg de instructies die op het scherm verschijnen.